De verzoekende partijen voeren in het eerste middel aan dat de bestreden bepaling niet bestaanbaar is met de artikelen 1
0, 11 en 172 van de Grondwet, doordat zij, wat de inning van roerende voorheffing op door ingezeten vennootschappen uitgekeerde dividenden betreft, een vers
chil in behandeling invoert tussen, enerzijds, openbare GVV's en, anderzijds, openb
are vastgoedbevaks, zowel in hun hoedanigheid van investeerder als in hun ho
...[+++]edanigheid van uitkeerder van dividenden.
Les parties requérantes font valoir dans le premier moyen que la disposition attaquée est incompatible avec les articles 10, 11 et 172 de la Constitution en ce qu'elle établit, en ce qui concerne la perception du précompte mobilier sur les dividendes distribués par des sociétés résidentes, une différence de traitement entre, d'une part, les SIR publiques et, d'autre part, les SICAF immobilières publiques, tant en leur qualité d'investisseur qu'en leur qualité de distributeur de dividendes.