22. benadrukt dat de onderhandelingspositie van werknemers in een grotendeels gemondialiseerde economie is verzwakt door de liberalisering, hetgeen de eerbiediging van de rechten in de Universele Verklaring van de rechten van de mens en de agenda voor waardig werk in gevaar brengt; dringt er dan ook bij de EU op aan haar strategie voor het handelsbeleid zodanig op te zetten dat hoge sociale en milieunormen worden gehandhaafd en beschermd, terwijl elke vorm van sociale en milieudumping wordt ontmoedigd;
22. souligne que, dans une économie largement mondialisée, la libéralisation a réduit le pouvoir de négociation des travailleurs, ce qui, en contrepartie, met en péril le respect des droits qui figurent dans la déclaration universelle des droits de l'homme et dans le programme pour un travail décent; prie donc instamment l'Union de formuler sa stratégie en matière commerciale d'une façon qui préserve et protège le niveau élevé des normes sociales et environnementales tout en décourageant toute forme de dumping social et environnemental;