3. Wanneer de betaling van een taks ingevolge de leden 1 en 2 eerst wordt geacht te zijn verricht na het verstrijken van de termijn waarbinnen zij had moeten geschieden, wordt aangenomen dat deze termijn is nageleefd, indien aan het Bureau het bewijs wordt geleverd dat de persoon die de betaling heeft verricht:
3. Lorsque conformément aux paragraphes 1 et 2, le règlement de la taxe n'est réputé effectué qu'après l'expiration du délai imparti, le délai est considéré comme respecté si la preuve est apportée à l'Office que la personne qui a effectué le paiement a: