Als screening zijn grote intervallen (bv. eenheden van een halve log, overeenkomend met een verhoging van de dosis met een factor 3,2, tot zelfs eenheden van één log) tussen doseringen doorgaans aanvaardbaar.
Pour opérer la sélection, on accepte généralement de larges intervalles entre les dosages (une demi-unité logarithmique, soit un facteur de progression de 3,2 ou même jusqu'à une unité logarithmique).