3° de handelingen vermeld in art. 3.1, 1°, 5°, 6°, 7° en 8° zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen.
3° les actes visées à l'art. 3.1, 1°, 5°, 6°, 7° et 8° ne sont pas situés dans une zone de rive, délimitée dans un plan de gestion des bassins ou dans un plan de gestion des sous-bassins, ni dans la bande d'une largeur de 5 mètres, à compter à partir du bord supérieur du talus des cours d'eau classés non-navigables et navigables.