22. erkent dat de bezorgdheid in verband met de veiligheid van personen en goederen gegrond is, maar wijst op de noodzaak om een goed evenwicht te vinden tussen controle en vergemakkelijking teneinde het internationale handelsverkeer niet onnodig of overbodig te belemmeren; is echter van mening dat de douane een belangrijke rol vervult in de volledige uitvoering van de communautaire maatregelen op het gebied van gezondheid, milieu en bescherming van de consumenten en dat deze rol niet in het gedrang mag komen door maatregelen om de douaneprocedures te vergemakkelijken;
22. reconnaît la légitimité des préoccupations liées à la sécurité des personnes et des biens, mais insiste sur la nécessité de trouver un juste équilibre entre contrôle et facilitation, afin de ne pas entraver inutilement ou excessivement les échanges internationaux; estime toutefois que les douanes jouent un rôle primordial dans la mise en œuvre pleine et entière des mesures communautaires tant dans le domaine de la santé qu'en matière de protection de l'environnement et des consommateurs, et que ce rôle ne doit pas être compromis par des mesures de facilitation douanière;