Artikel 24 van verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissinge
n in burgerlijke en handelszaken, gelezen tegen de achtergrond van artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moet aldus worden uitgelegd dat de verschijning van een procesvertegenwoordiger bij afwezigheid die door een nationale rechter overeenkomstig het nationale recht is aangesteld voor een verweerder aan wie het gedinginleidende verzoekschri
ft niet is betekend omdat zijn verb ...[+++]lijfplaats niet bekend was, niet geldt als verschijning van die verweerder in de zin van artikel 24 van die verordening op grond waarvan die rechter internationaal bevoegd is.L’article 24 du règlement (CE) no 44/2001 du Conseil, du 22 décembre 2000, concernant la compétence judiciaire, la reconnaissance et l’exécution des décisions en matièr
e civile et commerciale, lu à la lumière de l’article 47 de la charte des droits fondamentaux de l’Union européenne, doit être interprété en ce sens que, lorsqu’une juridiction nationale nomme un curateur du défendeur absent pour un défendeur auquel la requête introductive d’instance n’a pas été notifiée à défaut d’une résidence connue, conformément à la législation nationale, la comparution de ce curateur du défendeur absent n’équivaut pas à la comparution de ce défendeur
...[+++], au sens de l’article 24 de ce règlement, établissant la compétence internationale de cette juridiction.