6. wijst op de noodzaak om afdoende maar voorwaardelijke steun te verlenen aan de buurlanden in het zuidelijke Middellandse-Zeegebied, om hen te helpen de overgang naar de democratie te maken en democratische instellingen uit te bouwen, onder meer ook door steun aan het maatschappelijk middenveld; onderstreept dat deze steun voor de zuidelijke buurlanden niet ten koste mag gaan van het engagement van de EU om ook evenwichtige maar voorwaardelijke steun te verlenen aan de oostelijke dimensie van het ENB/ENPI;
6. souligne la nécessité d'apporter un soutien approprié mais non inconditionnel aux pays voisins sud-méditerranéens, de les aider à réaliser leur transition vers la démocratie et à mettre en place des institutions démocratiques, notamment en apportant un soutien à la société civile; souligne que ce soutien à la dimension méridionale de la politique européenne de voisinage (PEV) ne doit pas se faire au détriment de l'engagement de l'Union européenne d'apporter un soutien similaire, approprié mais non inconditionnel, à la dimension orientale de la PEV/de l'IEVP;