Uit hetgeen voorafgaat, volgt dat de steller van het ontwerp, wanneer hij krachtens artikel 44/11/3bis, § 4, tweede lid, en § 8, van de wet `op het politieambt' de regels op het gebied van de verantwoordelijkheden op het vlak van de bescherming van de gegevens bepaalt, rekening dient te houden met het feit dat, in afwijking van artikel 4, § 2, van wet van 8 december 1992, bepaalde opdrachten die normaliter aan de verantwoordelijke voor de verwerking toekomen, door de wetgever toevertrouwd zijn aan de operationeel verantwoordelijke van de gemeenschappelijke gegevensbank.
Il suit de ce qui précède que, lorsqu'il fixe des règles de responsabilité en matière de protection des données en vertu de l'article 44/11/3bis, § 4, alinéa 2, et § 8, de la loi `sur le fonction de police', l'auteur du projet doit tenir compte du fait que, en dérogation à l'article 4, § 2, de la loi du 8 décembre 1992, certaines des missions qui incombent au responsable du traitement ont été confiées par le législateur au responsable opérationnel de la banque de données commune.