In afwijking van de vorige leden kan de minister van Justitie, nog zelfs nadat de resultaten van de psychotechnische tests zijn gekend, beslissen dat het vergelijkend examen voor de werving van gerechtelijke agenten uit één gedeelte bestaat, met name een psychologisch geschiktheidsonderzoek tijdens hetwelk bovendien de rapporteervaardigheid van de gegadigden wordt nagegaan.
Par dérogation aux alinéas précédents, le ministre de la Justice peut, même après que les résultats des tests psychotechniques sont connus, décider que le concours de recrutement d'agents judiciaires comporte une seule partie, notamment un examen d'aptitude psychologique, au cours duquel la capacité de rapporter des candidats est en outre examinée.