De kandidaat, behoudens die bedoeld in paragraaf 2, legt een geldig voorlopig rijbewijs B waarvan hij sinds minstens drie maanden houder is of een getuigschrift van praktisch onderricht afgegeven door een rijschool voor ten bewijs dat de lessen bedoeld in het artikel 5/1, § 1 werden gevolgd; in dat laatste geval, legt hij een attest voor, afgegeven door de overheid bedoeld in artikel 10 waaruit blijkt dat hij een scholing van ten minste drie maanden heeft gevolgd onder dekking van een voorlopig rijbewijs B.
Le candidat, sauf celui visé au paragraphe 2, présente un permis de conduire provisoire B en cours de validité dont il est titulaire depuis au moins trois mois ou un certificat d'enseignement pratique délivré par une école de conduite attestant du suivi des cours visés à l'article 5/1, § 1; dans ce dernier cas, il présente une attestation délivrée par l'autorité visée à l'article 10 établissant qu'il a effectué un apprentissage d'au moins trois mois sous le couvert d'un permis de conduire provisoire B.