Het mandaat van rechter in de tuchtrechtbank en van raadsheer in de tuchtrechtbank in hoger beroep en het mandaat van magistraat, aangewezen als assessor bij de tuchtrechtbank of bij de tuchtrechtbank in hoger beroep neemt een einde wanneer de betrokkene een in de artikelen 308, 309ter, 323bis, 327 en 327bis van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde opdracht aanvaardt.
Le mandat de juge au tribunal disciplinaire, de conseiller au tribunal disciplinaire d'appel et de magistrat désigné comme assesseur au tribunal disciplinaire ou au tribunal disciplinaire d'appel s'achève lorsque l'intéressé accepte une mission visée aux articles 308, 309ter, 323bis, 327 et 327bis du Code judiciaire.