Onverminderd de bepalingen van de leden 2 en 3 hierboven, kunnen de lidstaten bepalen dat lid 1 niet van toepassing is wanneer een uitzendkracht naar aanleiding van een opdracht of een reeks opdrachten in dezelfde inlenende onderneming een werk uitvoert dat door zijn duur of aard kan worden verwezenlijkt in een periode van ten hoogste zes weken.
4. Sans préjudice des dispositions des paragraphes 2 et 3 ci-dessus, les Etats membres peuvent prévoir que le paragraphe 1 ne s'applique pas, lorsqu'un travailleur intérimaire travaille, à l'occasion d'une mission ou d'une série de missions, au sein de la même entreprise utilisatrice, dans un emploi qui, compte tenu de sa durée ou sa nature, peut être réalisé dans une période qui ne peut excéder six semaines.