Art. 48. § 1. Behoudens wettelijke uitzonderingen zijn de leden van het directiecomité, de leden van het kenniscentrum, de leden van de geschillenkamer en de personeelsleden van de Gegevensbeschermingsautoriteit, tijdens en na de uitoefening van hun respectieve mandaat en overeenkomst, verplicht het vertrouwelijke karakter te bewaren van de feiten, handelingen of inlichtingen waarvan zij uit hoofde van hun functie kennis hebben gehad.
Art. 48. § 1. Sauf exceptions légales, les membres du comité de direction, les membres du centre de connaissances, les membres de la chambre contentieuse ainsi que les membres du personnel de l'Autorité de protection des données sont tenus, durant et après l'exercice de leur mandat et contrat respectifs, de conserver le caractère confidentiel des faits, actes ou renseignements dont ils ont eu connaissances en raison de leurs fonctions.