1. De terbeschikkingstelling van een autovoertuig door een onderneming aan haar personeelsleden wordt ofwel, als een dienstverrichting onder bezwarende titel in de zin van artikel 18, § 1, tweede lid, 4°, van het BTW-Wetboek aangemerkt wanneer een huurvergoeding wordt gevraagd, ofwel met een dienstverrichting onder bezwarende titel gelijkgesteld op grond van artikel 19, § 1, van voornoemd wetboek wanneer dat tot het bedrijf behorend autovoertuig, waarvoor recht op volledige of gedeeltelijke aftrek van de voorbelasting is ontstaan, voor de privé-doeleinden van het personeel van de belastingplichtige wordt gebruikt.
1. La mise à disposition d'une voiture par une entreprise aux membres de son personnel est soit constitutive d'une prestation de services à titre onéreux sur la base de l'article 18, § 1er, alinéa 2, 4°, du Code de la TVA si un loyer est réclamé, soit assimilée à une prestation de services à titre onéreux sur la base de l'artice 19, § 1er, du Code précité lorsque cette voiture affectée à l'entreprise, ayant ouvert droit à déduction totale ou partielle, est utilisée par l'assujetti pour les besoins privés de son personnel.