In het licht van die bevindingen kan de onderneming geen aanspraak maken op de status van „veilige haven” van artikel 13, lid 2, van de basisverordening, aangezien zowel het overladen als de schending van de verbintenis andere ontwijkingspraktijken zijn dan assemblagewerkzaamheden in een derde land, en in ieder geval aangezien de Commissie gebruik maakt van de beschikbare gegevens.
En particulier, à la lumière de ces conclusions, l'entreprise ne saurait se prévaloir de la «sphère de sécurité» prévue à l'article 13, paragraphe 2, du règlement de base, parce que la réexpédition et la violation de l'engagement constituent toutes deux des pratiques de contournement autres qu'une opération d'assemblage dans un pays tiers et, en tout état de cause, parce que la Commission se fonde sur les données disponibles.