Vermogensaangiften worden immers niet noodzakelijk ieder jaar ingediend : alleen bij ambtsaanvaarding, ambtsbeëindiging en het verstrijken van de vijfjarige periode bedoeld in artikel 3, § 2, tweede lid, van de wet van 2 mei 1995 zijn de aan die wet onderworpen personen ertoe gehouden een vermogensaangifte in te dienen.
Ce n'est qu'au moment de l'entrée en fonction et de la cessation de fonction ainsi qu'à l'expiration de la période de cinq ans visée à l'article 3, § 2, deuxième alinéa, de la loi du 2 mai 1995, que les personnes assujetties sont tenues de déposer une déclaration de patrimoine.