Voor de berekening van de dienstanciënniteit komen in aanmerking de werkelijke diensten, zoals omschreven in artikel 85, tweede lid, die het vastbenoemde personeelslid binnen het secretariaat van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven heeft verricht in enigerlei hoedanigheid, desgevallend met inbegrip van de werkelijk gepresteerde diensten in de hoedanigheid van contractueel personeelslid binnen het secretariaat van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven.
Pour le calcul de l'ancienneté de service, sont admissibles les services effectifs, tels que décrits à l'article 85, alinéa 2, que le membre du personnel statutaire au sein du secrétariat du Conseil central de l'économie a prestés, à quelque titre que ce soit, y compris le cas échéant les services effectifs prestés à titre de membre du personnel contractuel au sein du secrétariat du Conseil central de l'économie.