De gemeenschappelijke regeling voor vrij reizen van de drie categorieën van onderdanen van lidstaten (diegenen die vrijgesteld zijn van de visumplicht, die een visum nodig hebben of die in het bezit zijn van een verblijfstitel) voorkomt versnippering en incoherentie en is in het belang van de rechtszekerheid en de rechtsduidelijkheid zinvol en noodzakelijk.
Soumettre à une réglementation commune la liberté de circuler des trois catégories de ressortissants de pays tiers (ressortissants exemptés de l'obligation de visa, ressortissants qui doivent avoir un visa et ressortissants en possession d'un permis de séjour) fait obstacle à la fragmentation et à l'incohérence et est pertinent et nécessaire par souci de sécurité et de clarté juridiques.