De Algemene overeenkomst stelde in artikel 4.7 dat een bijzondere overeenkomst diende te worden gesloten tussen de Belgische Staat, enerzijds, en de VL.I. R. en de CIUF, anderzijds, teneinde één onderdeel van deze indirecte universitaire samenwerking, met name de institutionele universitaire samenwerking, te reglementeren.
La Convention générale stipulait en son article 4.7 qu'une convention spécifique devrait être établie entre l'Etat belge, d'une part, et le CIUF et le VL.I. R., d'autre part, en vue de réglementer un des volets de cette coopération universitaire indirecte, à savoir la coopération universitaire institutionnelle.