Zoals de opstellers van het voorstel tot herziening van artikel 68 van de Grondwet in hun inleidende uiteenzetting bevestigen, geven deze twee voorstellen blijk van een vaste en ondubbelzinnige bedoeling om voor eenheid te zorgen tussen enerzijds de bedoeling van de Grondwetgever en anderzijds dit wetsvoorstel tot wijziging van het Kieswetboek, dat gelijktijdig bij het Parlement wordt ingediend » (Parl. St., Senaat, 2013-2014, nr. 5-1744/5, pp. 29-30).
Comme les auteurs de la proposition de révision de l'article 68 de la Constitution le confirment dans leur exposé introductif, ces deux propositions marquent une intention ferme et univoque de veiller à l'unité entre, d'une part, l'intention du Constituant et, d'autre part, la proposition de loi à l'examen modifiant le Code électoral, introduite concomitamment au Parlement » (Doc. parl., Sénat, 2013-2014, n° 5-1744/5, pp. 29-30).