Art. 32. In de toestanden bedoeld in artikel 4, 1°, 2° en 3°, b), op gezamenlijke aanvraag van de minderjarige, zijn ouders of de persoon die de ouderlijke macht
uitoefent, van het inrichtingshoofd, voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap, van de inrichtende macht of haar afgevaardigde, voor het gesubsidieerd onderwijs, na het advies te hebben ingewonnen van de klassenraad en van het psycho-medisch-sociale centrum, kan de minister een leerling, die in zijn inrichting regelmatig b
lijft ingeschreven, ertoe machtigen, voor een één
...[+++]keer hernieuwbare periode van niet meer dan drie maanden, te worden begeleid door :
Art. 32. Dans les situations visées à l'article 4, 1°, 2°, et 3°, b), sur demande conjointe du mineur, de ses parents ou de la personne investie de l'autorité parentale, du chef d'établissement pour l'enseignement de la Communauté française, du pouvoir organisateur ou de son délégué pour l'enseignement subventionné, après avoir pris l'avis du conseil de classe et du Centre psycho-médicosocial, le Ministre peut aussi autoriser un élève, qui reste régulièrement inscrit dans son établissement, à être pris en charge, pour une période ne dépassant pas trois mois, renouvelable une fois, par :