Ingeval gelijkstroominterconnectoren zich op het grondgebied van meer dan een lidstaat bevinden, moet het Agentschap als laatste instantie het verzoek om vrijstelling behandelen, zodat beter rekening wordt gehouden met de grensoverschrijdende gevolgen van het verzoek en de administratieve verwerking ervan vlotter verloopt.
Lorsque des interconnexions en courant continu sont situées sur le territoire de plusieurs États membres, l’agence devrait, en dernier recours, traiter la demande d’exemption afin de mieux prendre en compte les incidences transfrontières et de faciliter le traitement administratif de la demande.