De overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1995, alsmede de in 1996 en 1997 ondertekende aanvullende p
rotocollen (de "BFB-instrumenten" of instrumenten ter bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap), die door de lidstaten in het kader van de "derde pijler" van het Verdrag betreffende de Europese Unie zijn goedgekeurd, zouden bij deze stand van z
aken in beginsel de eerste belangrijke elemente
n moeten vormen va ...[+++]n een gemeenschappelijke basis voor de strafrechtelijke bescherming van de financiële belangen van de Unie, voorzover deze van toepassing zijn op bepaalde aspecten van het materiële strafrecht en de justitiële samenwerking op dit gebied.
Dans l'état actuel des choses, la convention du 26 juillet 1995 relative à la protection des intérêts financiers des Communautés européennes ainsi que ses protocoles additionnels signés en 1996 et 1997 (les instruments PIF), adoptés dans le cadre du troisième pilier du traité sur l'Union européenne, devraient en principe constituer les premiers éléments importants d'un socle commun relatif à la protection pénale des intérêts financiers de l'Union, car ils traitent de certains aspects du droit pénal matériel et de la coopération judiciaire en cette matière.