« De dagvaarding op verzoek van het openbaar ministerie of de waarschuwing die het geeft moet, op straffe van nietigheid, worden gericht aan de
ouders, voogden of degene die de minderjarige onder hun bewaring hebben en aan de minderjarige zelf indien de rechtsvordering tot doel heeft zijn
ontvoogding te doen intrekken of ten aanzien van hem een van de maatregelen bedoeld in titel II, hoofdstuk III, afdeling II,
te doen nemen of wijzigen en hij ten mins
...[+++]te twaalf jaar oud is».
« La citation à la requête du ministère public ou l'avertissement donné par lui doit à peine de nullité, être adressé aux parents, tuteurs ou personnes qui ont la garde du mineur et au mineur lui-même si l'action tend à faire révoquer son émancipation ou à faire prendre ou modifier à son égard, une des mesures prévues au titre II, chapitre III, section 2, et qu'il est âgé de douze ans au moins».