Vertaling van "jaar 14-17 " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

C 14 heeft een radioactief verval met een halveringstijd van 5.600 jaar
le 14 C a une décroissance radioactive avec une période de 5.6OO ans

aandeel van kinderen van 10 tot 14 jaar in het arbeidsproces
proportion des enfants de 10 à 14 ans dans la population active

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Art. 2. Met ingang van 1 januari 2016 wordt artikel 14 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 februari 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf, tot vaststelling van de minimumlonen in de horecasector, geregistreerd onder het nummer 87298/CO/302, vervangen en gewijzigd als volgt : "Minderjarige werknemers (jonger dan 18 jaar) verbonden met een arbeidsovereenkomst voor tewerkstelling van studenten, in de zin van titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, worden vergoed op basis van een degressief percentage (18 jaar = 100 pct., 17 jaar = 90 pct., 16 jaar = 80 pct., 15 jaar = 70 pct.) volgens hun leeftijd en berekend op het loonbarema dat van toepassing is in de functiecategorie waarin de minderjarige werd ingedeeld".
Art. 2. A partir du 1 janvier 2016, l'article 14 de la convention collective de travail du 11 février 2008, conclue au sein de la Commission paritaire de l'industrie hôtelière, relative à la détermination des salaires minimums dans le secteur horeca, enregistrée sous le numéro 87298/CO/302, est modifié et remplacé comme suit : "Les travailleurs mineurs (moins de 18 ans) liés avec un contrat d'occupation d'étudiants, dans le sens du titre VII de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail sont rémunérés sur la base d'un pourcentage dégressif (18 ans = 100 p.c., 17 ans = 90 p.c., 16 ans = 80 p.c., 15 ans = 70 p.c.) selon leur âge et calculé sur le barème salarial qui s'applique à la catégorie de fonctions dans laquelle le mineur a été inséré".

Gelet op de Grondwet, artikel 108; Gelet op de wet van 17 juli 1984 houdende bepaalde maatregelen van aard tot vermindering van de gerechtelijke achterstand, artikel 14, derde lid, gewijzigd bij de wet van 10 april 2014; Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 397bis, vervangen bij de wet van 19 oktober 2015; Gelet op het koninklijk besluit van 8 juni 2015 tot vaststelling van de procedure voor indiensthouding van sommige personeelsleden van de Rechterlijke Orde na 65 jaar; Gelet op de adviezen van de inspecteur van Financiën, gegeven op 14 en 31 maart 2016; Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, gegeven op 1 juni 2016; Gelet op de akkoordbevinding van de minister belast met Ambtenarenzaken, gegeven op 13 juni 2016; Gelet op het protocol nr. 437 houdende de besluiten van de onderhandelingen van Sectorcomité III-Justitie van 18 mei 2016; Gelet op het protocol nr. 37 houdende de besluiten van de onderhandeling van het onderhandelingscomité voor de griffiers, referendarissen en parketjuristen van de rechterlijke orde van 18 mei 2016; Gelet op het advies van de Raad van State 59.782/1/V, gegeven op 26 augustus 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Het opschrift van het koninklijk besluit van 8 juni 2015 tot vaststelling van de procedure voor indiensthouding van sommige personeelsleden van de Rechterlijke Orde na 65 jaar wordt vervangen als volgt : "Koninklijk besluit tot vaststelling van de procedure voor indiensthouding van de personeelsleden van de Rechterlijke Orde na 65 jaar".
Vu la Constitution, l'article 108; Vu la loi du 17 juillet 1984 portant certaines mesures de nature à réduire l'arriéré judiciaire, l'article 14, alinéa 3, modifié par la loi du 10 avril 2014; Vu le Code judiciaire, l'article 397bis, remplacé par la loi du 19 octobre 2015; Vu l'arrêté royal du 8 juin 2015 fixant la procédure pour le maintien en service au-delà de 65 ans pour certains membres du personnel de l'Ordre judiciaire; Vu les avis de l'Inspecteur des Finances, donnés le 14 et le 31 mars 2016; Vu l'accord de la ministre du Budget, donné le 1 juin 2016; Vu l'accord du ministre chargé de la Fonction publique, donné le 13 juin 2016 ; Vu le protocole n° 437 consignant les conclusions de la négociation au sein du comité de secteur III-Justice, en date du 18 mai 2016; Vu le protocole n° 37 consignant les conclusions de la négociation au sein du comité de négociation pour les greffiers, référendaires et juristes de parquet de l'Ordre judiciaire du 18 mai 2016; Vu l'avis du Conseil d'Etat 59.782/1/V, donné le 26 août 2016 en application de l'article 84, § 1, alinéa 1, 2° des lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; Sur la proposition du Ministre de la Justice, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1. L'intitulé de l'arrêté royal du 8 juin 2015 fixant la procédure pour le maintien en service au-delà de 65 ans pour certains membres du personnel de l'Ordre judiciaire est remplacé par ce qui suit : « Arrêté royal fixant la procédure pour le maintien en service au-delà de 65 ans pour les membres du personnel de l'Ordre judiciaire ».

In 2015 bestond een belangrijke meerderheid van die niet-begeleide minderjarige vreemdelingen (91 %) uit jongens. Meer dan de helft waren 16 à 17 jaar (57 %, of 50.500 personen); de jongeren van 14 à 15 jaar vertegenwoordigden 29 % van de NMBV's (25.800 personen) en de personen jonger dan 14 jaar 13 % (11.800 personen).
En 2015, une forte majorité de ces mineurs non accompagnés étaient des garçons (91 %) et plus de la moitié étaient âgés de 16 à 17 ans (57 %, soit 50.500 personnes), tandis que ceux âgés de 14 à 15 ans représentaient 29% des mineurs non accompagnés (25.800 personnes) et ceux de moins de 14 ans 13 % (11.800 personnes).

III. - Ontvangsten en uitgaven gedaan op de Begrotingsfondsen voor het begrotingsjaar 2006 Art. 12. De ontvangsten van het begrotingsjaar 2006 aangerekend (vastgestelde rechten) op de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 8), bedragen : 62.359.547,52 € Art. 13. De uitgaven van het begrotingsjaar 2006 aangerekend op de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 16), bedragen : 55.703.806,17 € Art. 14. Het algemeen resultaat van Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991 voor het jaar 2006 wordt definitief vastgesteld als volgt : A. Ontvangsten : 62.359.547,52 € B. Uitgaven : 55.703.806,17 € C. Overschot van de ontvangsten (+) of van de uitgaven (-) : 6.655.741,35 € De naar het volgend jaar over te dragen beschikbare ontvangsten, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 17), bedragen : 104.888.653,22 € - waarvan het van het vorige jaar overgedragen saldo 99.349.954,13 € - waarvan de effectieve inningen van het jaar 61.242.505,26 € - min de vereffeninge van het jaar (tabel E, kolommen 1, 8' en 16) 55.703.806,17 €
III. - Recettes et dépenses effectuées sur les Fonds organiques pour l'année budgétaire 2006 Art. 12. Les recettes de l'année budgétaire 2006 imputées (droits constatés) sur les Fonds budgétaires créés par l'ordonnance du 12 décembre 1991, conformément au tableau E (colonne 8), ci-annexé, s'élèvent à : 62.359.547,52 € Art. 13. Les dépenses de l'année budgétaire 2006, imputées sur les Fonds budgétaires créés par l'ordonnance du 12 décembre 1991 conformément au tableau E (colonne 16), ci-annexé, s'élèvent à : 55.703.806,17 € Art. 14. Le résultat général des Fonds budgétaires créés par l'ordonnance du 12 septembre 1991 pour l'année 2006 est définitivement arrêté comme suit : A. Recettes : 62.359.547,52 € B. Dépenses : 55.703.806,17 € C. Excédent de recettes (+) ou de dépenses (-) : 6.655.741,35 € Les recettes disponibles à reporter à l'année budgétaire suivante, conformément au tableau E (colonne 17), ci-annexé, s'élèvent à : 104.888.653,22 € - dont le solde reporté de l'année précédente 99.349.954,13 € - dont les recettes encaissées de l'année 61.242.505,26 € - moins les liquidations de l'année (tableau E, colonnes 1, 8' et 16) 55.703.806,17 €

III. - Ontvangsten en uitgaven gedaan op de Begrotingsfondsen voor het begrotingsjaar 2007 Art. 12. De ontvangsten van het begrotingsjaar 2007 aangerekend (vastgestelde rechten) op de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 8), bedragen : 61.140.110,07 € Art. 13. De uitgaven van het begrotingsjaar 2007 aangerekend op de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 16), bedragen : 33.312.586,37 € Art. 14. Het algemeen resultaat van Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991 voor het jaar 2007 wordt definitief vastgesteld als volgt : A. Ontvangsten 61. 140.110,07 € B. Uitgaven : 33.312.586,37 € C. Overschot van de ontvangsten (+) of van de uitgaven (-) : 27.827.523,70 € De naar het volgend jaar over te dragen beschikbare ontvangsten, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 17), bedragen : 128.749.836,47 € - waarvan het van het vorige jaar overgedragen saldo 104.888.653,22 € - waarvan de effectieve inningen van het jaar 57.173.769,62 € - min de vereffeningen van het jaar (tabel E, kolommen 1, 8' en 16) 33.312.586,37 €
III. - Recettes et dépenses effectuées sur les Fonds organiques pour l'année budgétaire 2007 Art. 12. Les recettes de l'année budgétaire 2007 imputées (droits constatés) sur les Fonds budgétaires créés par l'ordonnance du 12 décembre 1991, conformément au tableau E (colonne 8), ci-annexé, s'élèvent à : 61.140.110,07 € Art. 13. Les dépenses de l'année budgétaire 2007, imputées sur les Fonds budgétaires créés par l'ordonnance du 12 décembre 1991 conformément au tableau E (colonne 16), ci-annexé, s'élèvent à : 33.312.586,37 € Art. 14. Le résultat général des Fonds budgétaires créés par l'ordonnance du 12 décembre 1991 pour l'année 2007 est définitivement arrêté comme suit : A. Recettes : 61.140.110,07 € B. Dépenses : 33.312.586,37 € C. Excédent de recettes (+) ou de dépenses (-) : 27.827.523,70 € Les recettes disponibles à reporter à l'année budgétaire suivante, conformément au tableau E (colonne 17), ci-annexé, s'élèvent à : 128.749.836,47 € - dont le solde reporté de l'année précédente 104.888.653,22 € - dont les recettes encaissées de l'année 57.173.769,62 € - moins les liquidations de l'année (tableau E, colonnes 1, 8' et 16) 33.312.586,37 €

Volgens artikel 14, 5 van het akkoord, wordt de duur van 50 jaar altijd berekend vanaf het einde van het jaar waarin de vastlegging gebeurde, terwijl volgens artikel 17, tweede lid van het WPPT de duur berekend wordt vanaf het einde van het jaar waarin het fonogram werd gepubliceerd en het is enkel in geval van niet-publicatie dat de berekening gebeurt zoals bepaald in het TRIPS-akkoord.
Selon l'article 14.5 de cet accord, la période de 50 ans est toujours calculée à partir de la fin de l'année durant laquelle la fixation a été réalisée, tandis que l'article 17, alinéa 2 du WPPT prévoit que la période commence à courir à compter de la fin de l'année où le phonogramme a été publié et que ce n'est qu'à défaut d'une telle publication, qu'elle est calculée de la manière prévue par l'Accord sur les ADPIC.

Bij wet van 17 mei 2006 werd bij een veroordeling tot een levenslange vrijheidsstraf en staat van wettelijke herhaling de straf die men moet uitzitten gebracht van 14 jaar naar 16 jaar.
La loi du 17 mai 2006 a porté de 14 à 16 ans la peine à purger obligatoirement en cas de condamnation à une peine privative de liberté à perpétuité, associée à un état de récidive légale.

Het gaat niet om de jongeren van 17 of 18 jaar - we zijn ook jong geweest - maar om kinderen van 13 of 14 jaar.
Il ne s'agit pas de jeunes de 17 ou 18 ans - nous avons été jeunes nous aussi - mais d'enfants de 13 ou 14 ans.