Artikel 1. Het ministerieel besluit van 12 april 1969 houdende de regelen tot staving van de nuttige ervaring bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, en van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen, zoals gewijzigd bij het ministerieel besluit van 5 mei 1976, het ministerieel besl
uit van 28 december 1978 ...[+++], het decreet van 3 maart 2004 en het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 19 januari 2007, wordt geldig verklaard met uitwerking met ingang van de datum van de inwerkingtreding ervan en deze van de opeenvolgende wijzigingen ervan.Article 1. L'arrêté ministériel du 12 avril 1969 fixant les règles selon lesquelles est prouvée l'expérience utile prévue à l'article 3 de l'arrêté royal du 22 mars 1969 fixant le statut des membres du personnel directeur et enseignant, du personnel auxiliaire d'éducation, du personnel paramédical des établissements d'enseignement gardien, primaire, spécialisé, moyen, technique, artistique et normal de l'Etat, des internats dépendant de ces établissements et des membres du personnel du service d'inspection chargé de la surveillance de ces établissements, tel que modifié par l'arrêté ministériel du 5 mai 1976, l'arrêté ministé
riel du 28 décembre 1978, le décre ...[+++]t du 3 mars 2004 et l'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 19 janvier 2007, est validé avec effet à sa date d'entrée en vigueur et à celle de ses modifications successives.