Uit hetgeen voorafgaat volgt d
at de in het geding zijnde bepalingen niet bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het algemeen beginsel van de rechten van verdediging, in zoverre de gemeente, vertegenwoordigd door haar college van burgemeester en schepenen, enkel kan deelnemen aan het door een inwoner op grond van artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet en artikel
1 van de wet van 12 januari 1993 ingestelde geding betreffende de vordering tot staking om de vordering
...[+++]van de inwoner te ondersteunen.
Il résulte de ce qui précède que les dispositions en cause ne sont pas compatibles avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec le principe général des droits de la défense, en ce que la commune, représentée par son collège des bourgmestre et échevins, ne peut participer à l'instance concernant l'action en cessation introduite par un habitant sur la base de l'article 194 du décret communal flamand et de l'article 1 de la loi du 12 janvier 1993 que pour soutenir la demande de l'habitant.