De lidstaten verbinden zich ertoe dat alle jonge mensen die jonger zijn dan 25 jaar gebruik kunnen maken van een kwaliteitsaanbod van tewerkstelling, voortgezette scholing, een plaats in het leerlingstelsel of stage binnen de vier maanden nadat zij werkloos werden of het formele onderwijs hebben verlaten.
Les États membres s’engagent à ce que tous les jeunes de moins de 25 ans se voient proposer un emploi de qualité, une formation continue, un apprentissage ou un stage dans les quatre mois suivant la perte de leur emploi ou leur sortie de l’enseignement formel.