Wat betreft het stiefouderschap wordt in het advies van de Raad van State van 7 oktober 2005
gesteld dat het die situaties betreft « waarin een bijzondere band ontstaat of in feite of in rechte neigt te ontstaan tussen een kind en een persoon die ofwel gehuwd is ofwel wettelijk of feitelijk samenwoont met één van zijn ouders, of ook nog zich samen met één van de ouders werkelijk om een kind heeft bekommerd» (46) . In zijn arrest nr. 134/2003 van 8 oktober 2003 stelt het Grondwettelijk Hof dat de gestelde prejudiciële vraag handelt « om die gevallen waar h
...[+++]et kind slechts één enkele ouder heeft ten aanzien van wie de afstamming vaststaat, maar op duurzame wijze heeft geleefd binnen een gezin dat uit die ouder en een derde wordt gevormd, die beiden instaan voor het onderhoud ervan » (47) en oordeelt het dienaangaande dat « het ouderlijk gezag een instrument ter bescherming en socialisatie van het kind is dat moet worden toevertrouwd aan zij die bekwaam zijn deze verantwoordelijkheid op te nemen, los van het al dan niet voorhanden zijn van een juridische afstammingsband» (48) . En ce qui concerne la beau-parenté, le Conseil d'État précise, dans son avis du 7 octobre 2005, que l'on « utilisera cette notion
pour faire état des situations dans lesquelles une relation particulière se noue ou tend à se nouer en fait ou en droit entre un enfant et la personne qui est soit mariée, soit cohabitant légal, soit cohabitant de fait avec un de ses parents, soit encore qui s'est effectivement occupée d'un enfant avec l'un de ses parents» (46) Dans son arrêt nº 134/2003 du 8 octobre 2003, la Cour constitutionnelle estime que la question préjudicielle a trait « à l'hypothèse où un enfant n'a qu'un seul parent à l'égard duquel
...[+++]la filiation est établie mais a vécu de manière durable au sein du ménage formé par ce parent et par un tiers qui assument tous deux la charge de l'entretien de l'enfant » (47) et fait valoir à cet égard que « l'autorité parentale est un instrument qui vise à protéger et à socialiser l'enfant et qui doit être confié à des personnes aptes à assumer cette responsabilité, indépendamment de l'existence ou non d'un lien de filiation juridique » (48) .