3. De in de leden 1 en 2 bedoelde producten, met inbegrip van wolproducten die een kaardbewerking hebben ondergaan, mogen niet meer dan 0,3 gewichtsprocent vreemde vezels bevatten; de aanwezigheid van deze vezels wordt bovendien gerechtvaardigd als technisch onvermijdelijk in het kader van goede fabricagemethodes, en mag niet het resultaat mag zijn van routinematige toevoeging.
3. Les fibres étrangères contenues dans les produits visés aux paragraphes 1 et 2, y compris dans les produits en laine obtenus par le cycle du cardé, ne dépassent pas 0,3 % en poids, et leur présence est justifiée par le fait qu'elle est techniquement inévitable dans le cadre de bonnes pratiques de fabrication et ne résulte pas d'une addition systématique.