Daarbij werd de door het RSVZ verdedigde argumentatie gevolgd. In enkele zaken hebben vennootschappen niet bij een arbeidsrechtbank een vordering ingesteld, maar bij de fiscale kamers van een rechtbank van eerste aanleg, door het inroepen van de algemene bevoegdheid inzake fiscale zaken van deze kamers, die is vastgelegd door artikel 569, 32° van het Gerechtelijk Wetboek.
Dans quelques affaires, des sociétés ont agi, non pas devant un tribunal du travail mais devant les chambres fiscales d'un tribunal de première instance, en invoquant leur compétence générale en matière fiscale fixée par l'article 569, 32°, du Code judiciaire.