De prejudiciële vraag moet bijgevolg zo worden begrepen dat ze betrekking heeft op artikel 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek, in samenhang gelezen met de artikelen 162 en 164 van hetzelfde Wetboek, in zoverre het een kandidaat-adoptant niet toestaat om over te gaan tot de gewone adoptie van een kind, wanneer tussen de kandidaat-adoptant en de ouder van het kind, ingevolge een band van verwantschap, een huwelijksbeletsel bestaat waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen.
La question préjudicielle doit dès lors être comprise comme portant sur l'article 343, § 1, b), du Code civil, lu en combinaison avec les articles 162 et 164 du même Code, en ce que cet article ne permet pas à un candidat adoptant d'obtenir l'adoption simple d'un enfant, lorsque, du fait d'un lien de parenté, il existe, entre le candidat adoptant et le parent de l'enfant, un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser.