Met betrekking tot niet-concurrentiebedingen kunnen in het bijzonder de efficiencyeffecten beschreven in punt 116 onder de punten 1 ("free-riding" tussen leveranciers), 4, 5 ("hold-up"-problemen) en 7 (onvolkomenheden van de kapitaalmarkt) relevant zijn.
Pour les obligations de non-concurrence en particulier, les gains d'efficience décrits au point 116 1 (problèmes de parasitisme entre fournisseurs), au point 116 4 et 5 (divers problèmes de renonciation à certains investissements) et au point 116 7 (imperfections du marché des capitaux) peuvent être déterminants.