Om uit te maken voor welke ondernemingen dit geldt , dienen de lidstaten na te gaan of de door dergelijke ondernemingen geleverde diensten uit het oogpunt van de gebruiker als substitueerbaar voor de universele dienst kunnen worden aangemerkt, waarbij zij rekening dienen te houden met de kenmerken van de diensten, met inbegrip van kenmerken met een toegevoegde waarde, en met het beoogde gebruik ervan.
Afin de déterminer ces entreprises, les États membres devraient examiner si les services qu'elles fournissent pourraient, du point de vue de l'utilisateur, être considérés comme un substitut possible au service universel, compte tenu de leurs caractéristiques, y compris les aspects sur lesquels ils apportent une valeur ajoutée, et de l'usage qui leur est réservé.