Overwegende dat in artikel 3 van Richtlijn 92/111/EEG van de Raad van 14 december 1992 tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG en tot invoering van vereenvoudigingsmaatregelen op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde (2) is bepaald dat de wijze van be
lastingheffing voor kettingtransacties tussen belastingplichtigen zal worden vastgesteld; dat met deze maatregelen zowel de naleving van het beginsel van neutraliteit van het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de oorsprong van de goederen en diensten als de naleving van de keuzen die zijn gemaakt ten aanzie
...[+++]n van de beginselen van de belasting over de toegevoegde waarde en de controle daarop in de overgangsperiode, moet worden gewaarborgd; considérant que l'article 3 de la directive 92/111/CEE du Conseil, du 14 décembre 1992, modifiant la directive 77/388/CEE et portant mesures de simplification en matière de taxe sur la valeur ajoutée (2), prévoit l'adoption
de modalités particulières d'imposition pour les transactions en chaîne effectuées entre assujettis; que ces mesures doivent garantir tant le respect du principe de neutralité du système commun de taxe sur la valeur ajoutée quant à l'origine des biens et des services, que le respect des choix arrêtés quant aux principes d'imposition à la taxe sur la valeur ajoutée et de son contrôle au cours de la période transitoire
...[+++];