Als laatste volgen schapen- en geitenvlees, met een hoeveelheid van 2,2 kg per persoon per jaar, en paardenvlees met 1,8 kg.
En dernier lieu, on trouve la viande de mouton et de chèvre, qui représente 2,2 kg par personne et par an, et la viande chevaline, qui en représente 1,8 kg.