2. De lidstaten zien erop toe dat een uitgever van elektronisch geld niet ten nadele van een houder van elektronisch geld afwijkt van de bepalingen van nationaal recht die uitvoering geven aan of overeenstemmen met bepalingen van deze richtlijn, tenzij laatstgenoemde bepalingen daarin uitdrukkelijk voorzien.
2. Les États membres veillent à ce que les émetteurs de monnaie électronique ne dérogent pas, au détriment des détenteurs de monnaie électronique, aux dispositions de droit national qui mettent en œuvre les dispositions de la présente directive ou qui y correspondent, sauf dans les cas où une telle dérogation est expressément autorisée par celle-ci.