59. onderstreept dat er minimaal gebruik is gemaakt van politieke dialogen, verklaringen en diplomatieke stappen gezien de werkelijke praktijk van het folteren, terwijl deze richtsn
oeren reeds in 2001 waren aangenomen; moedigt toekomstige voorzitterschappen aan om te zorgen voor de beoordeling, evaluatie en pl
anning van de folterrichtsnoeren; vraagt de Raad om in het toekomstige evaluatieproces van die richtsnoeren rekening te houden met de aanbevelingen die in dezen zijn gedaan in de door zijn Subcommissie mensenrechten (commissie
...[+++]buitenlandse zaken) in opdracht gegeven studie; moedigt de EU aan om de reikwijdte van implementatie te vergroten door in de eerste plaats een procedure te ontwikkelen voor het herkennen van individuele gevallen in bepaalde landen en voor het nemen van politieke stappen; 59. souligne que, bien que ces lignes directrices aient été adoptées dès 2001, on a très peu recouru au dialogue politique, aux déclarations et aux démarches à propos de la pratique réelle de la torture; appelle les futures Présidences à effectuer un suivi, une évaluation et une planification de la mise en œuvre des lignes directrices sur la torture; invite le Conseil à prendre en considération les recommandations que contiendra l'étude sur cette question demandée par sa sous-commission des droits de l'homme, créée au sein de la commission des affaires étrangères, dans le processus d'évaluation futur de ces lignes directrices; encourage l'UE à élargir le champ d'application, en particulier en mettant en place une procédure pour identifie
...[+++]r les cas individuels dans des pays sélectionnés et engager des démarches à ce sujet;