Als vastbenoemd leerkracht in een instelling van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Duitstalige Gemeenschap werd de verzoeker geschorst met verlies van wedde gedurende vier maanden, op 20 augustus 1986, na beschuldigingen geuit door een ouderpaar, dat later werd veroordeeld voor eerroof en lasterlijke aangifte bij een arrest van het Hof van Beroep te Luik van 19 november 1992.
Enseignant nommé à titre définitif dans un établissement de l'enseignement libre subventionné de la Communauté germanophone, le requérant a été suspendu avec privation de traitement de quatre mois, le 20 août 1986, à la suite d'accusations portées par un couple de parents ultérieurement condamnés pour diffamation et dénonciation calomnieuse par un arrêt de la Cour d'appel de Liège du 19 novembre 1992.