Deze maatregel bestond erin dat officieren die geen preferentiële leeftijd hadden (voormalige officieren van de gemeentepolitie of de gerechtelijke politie) onder bepaalde omstandigheden eveneens de non-activiteit voorafgaand aan de pensionering konden genieten.
Elle consiste à permettre aux officiers, ne bénéficiant pas d'un âge préférentiel (ancien officier de la police communale et de la police judiciaire), de bénéficier également, sous certaines conditions, de la non-activité préalable à la pension.