De in paragraaf 1 bedoelde banken voor menselijk lichaamsmateriaal en intermediaire structuren moeten aantonen dat het navelstrengbloed dat zij hebben verkregen en/of dat door hen wordt bewaard zonder dat de toepassing van artikel 8, § 1, eerste lid, 4º, a) wordt beoogd, internationaal ter beschikking wordt gesteld voor het therapeutisch gebruik door derden zoals bedoeld in artikel 8, § 1, eerste lid, 4º, b).
Les banques de matériel corporel humain et les structures intermédiaires visées au paragraphe 1 doivent apporter la preuve que le sang de cordon qu'elles ont obtenu et/ou qu'elles stockent sans que l'application de l'article 8, § 1 , alinéa 1 , 4º, a) ne soit visée est mis à disposition internationalement pour un usage thérapeutique pour un tiers comme prévu à l'article 8, § 1 , alinéa 1 , 4º, b).