De ambtenaren van het openbaar ministerie bij de hoven en rechtbanken waarbij een strafzaak aanhangig is, waarvan het onderzoek ernstige aanwijzingen van ontduiking inzake registratierechten aan het licht brengt, moeten de minister van Financiën hierover inlichten, nadat ze van de procureur-generaal of van de auditeur-generaal uitdrukkelijk verlof daartoe hebben gekregen.
Les officiers du ministère public près les cours et tribunaux qui sont saisis d'une affaire pénale dont l'examen fait apparaître des indices sérieux de fraude en matière de droits d'enregistrement, en informeront le ministre des Finances, après avoir obtenu l'autorisation expresse du procureur général ou de l'auditeur général.