4. De in het eerste lid bedoelde Staten en bevoegde internationale organisaties verstrekken de bovengenoemde Staten zonder zeekust en Staten met een ongunstige geografische ligging, op hun verzoek, de informatie en hulp, omschreven in artikel 249, eerste lid, letter d, onder voorbehoud van het bepaalde in artikel 249, tweede lid.
4. Les États et les organisations internationales compétentes visés au paragraphe 1 fournissent, sur leur demande, aux États sans littoral et aux États géographiquement désavantagés susvisés les renseignements et l'assistance spécifiés à l'article 249, paragraphe 1, lettre d), sous réserve du paragraphe 2 du même article.