M. overwegende dat voor nauwere samenwerking de deelname van ten minste negen lidstaten is vereist op een terrein waarop een niet-exclusieve bevoegdheid van de Unie van toepassing is, waarbij niet-deelnemende lidstaten kunnen deelnemen aan beraadslagingen maar niet aan stemmingen, en dat nauwere samenwerking te allen tijde openstaat voor alle lidstaten;
M. considérant que la coopération renforcée requiert la participation d'un minimum de neuf États membres dans un domaine relevant d'une compétence non exclusive de l'Union, qu'elle permet aux États membres qui n'y participent pas de prendre part aux débats, même s'ils ne bénéficient pas du droit de vote, et que tout État membre peut la rejoindre à tout moment;