2. De lidstaten dragen, in hun eigen belang en in het gemeenschappelijk belang van alle lidstaten, zorg voor het beheer van hun buitengrenzen, met volledige inachtneming van het Unierecht, in overeenstemming met de in artikel 3, lid 2, genoemde technische en operationele strategie en in nauwe samenwerking met het Agentschap.
2. Les États membres assurent la gestion de leurs frontières extérieures, dans leur propre intérêt et dans l'intérêt commun de tous les États membres, dans le plein respect du droit de l'Union et conformément à la stratégie technique et opérationnelle visée à l'article 3, paragraphe 2, en coopération étroite avec l'Agence.