De lidstaten moeten de noodzakelijke investeringen doen in alle onderwijs- en beroepsopleidingsstelsels zodat deze op een doelmatigere en efficiëntere manier de vaardigheden en competenties van de beroepsbevolking vergroten, zodat die stelsels beter kunnen anticiperen en inspelen op de snel veranderende behoeften van de dynamische arbeidsmarkten in een steeds digitalere economie, dit alles tegen de achtergrond van technologische, ecologische en demografische veranderingen.
Les États membres devraient procéder aux investissements nécessaires dans tous les systèmes d'enseignement et de formation, afin d'améliorer leur efficacité et leur efficience pour ce qui est d'accroître les qualifications et les compétences de la main-d'œuvre, ce qui, au sein d'une économie de plus en plus numérisée et dans le contexte de l'évolution technologique, environnementale et démographique, leur permettrait de mieux anticiper l'évolution rapide des besoins de marchés du travail dynamiques, et de mieux y répondre.