« Art. 93. Elke representatieve syndicale organisatie zendt aan de minister, met het oog op de erkenning, een lijst van maximum tweehonderd leden die door haar kunnen aangeduid worden om de prerogatieven uit te oefenen opgesomd in artikel 14 van de wet, alsleden van de afvaardiging van die organisatie in het onderhandelingscomité, in het hoog overlegcomité en in de basisoverlegcomités opgesomd in artikel 65, of als afgevaardigde bij de controlecommissie.
« Art. 93. Chaque organisation syndicale représentative envoie au ministre, pour agrément, une liste de maximum deux cents membres susceptibles d'être désignés par elle pour exercer les prérogatives énumérées à l'article 14 de la loi, comme membres de la délégation de cette organisation dans le comité de néogociation, le haut comité de concertation et les comités de concertation de base énumérés à l'article 65, ou comme délégué auprès de la commission de contrôle.