4. Uiterlijk op 31 maart 2010 dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de haalbaarheid van het opstellen van lijsten van gebieden in derde landen waarvoor de typische broeikasgasemissies ten gevolge van de teelt van landbouwgrondstoffen naar verwachting lager dan of gelijk zullen zijn aan de emissies die worden gemeld onder het opschrift „Gedesaggregeerde standaardwaarden voor de teelt” in bijlage V, deel D, vergezeld, voor zover mogelijk, van deze lijsten en een beschrijving van de methode en de gegevens die zijn gebruikt om deze op te stellen.
4. Le 31 mars 2010 au plus tard, la Commission présente au Parlement européen et au Conseil un rapport sur la faisabilité de l’établissement de listes des zones des pays tiers dans lesquelles les émissions types prévues de gaz à effet de serre résultant de la culture de matières premières agricoles sont inférieures ou égales aux émissions déclarées sous le titre «Culture» de l’annexe V, partie D, de la présente directive, accompagné, si possible de ces listes, et d’une description de la méthode et des données utilisées pour les établir.