Art. 20. Overeenkomstig artikel 30, § 3 van het koninklijk besluit van 15 maart 1954 tot regeling der luchtvaart, bezit de bestuurder van een historisch luchtvaartuig of van een luchtvaartuig zonder houder van typecertificaat een bewijs van bevoegdheid overeenkomstig bijlage I van Verordening (EU) nr. 1178/2011 en de vereiste nationale bevoegdverklaringen voor het luchtvaarttuig waarop hij zijn functies uitoefent.
Art. 20. Conformément à l'article 30, § 3 de l'arrêté royal du 15 mars 1954 réglementant la navigation aérienne, le pilote d'un aéronef historique ou d'un aéronef sans titulaire de certificat de type possède une licence de pilote conforme à l'annexe I du Règlement (UE) n° 1178/2011, et les qualifications nationales requises sur l'aéronef sur lequel il exerce ses fonctions.